Franse Tijd in België
De Franse periode in de geschiedenis van België is het tijdvak 1794 - 1815.
Aanleiding
Nadat 40.000 man Franse troepen, waaronder 2500 vluchtelingen uit de Oostenrijkse Nederlanden en het prinsbisdom Luik, in november 1792 (Slag bij Jemappes) een eerste maal waren binnengevallen en na vier maanden verdreven werden (Tweede slag bij Neerwinden), behaalden de Franse revolutionaire troepen in juni 1794 met de Slag bij Fleurus een definitieve overwinning op de Oostenrijkers. Het inlijven en plunderen van België door een antiklerikale republiek, vuurden het patriottisme, eerder in 1790 opgevlamd tijdens de korte periode van de Verenigde Nederlandse Staten, opnieuw aan.
Napoleon
Daarentegen ging er van het langdurig en verzoenend bewind van Napoleon Bonaparte vanaf 1799 een assimilerende kracht uit. Maar op het einde van zijn regering droegen zijn conflict met de Katholieke Kerk, zijn nederlagen en de economische crisis weer bij tot de versterking van een nationaal bewustzijn bij de elite. In dit bewustzijn was het provinciale element nu op de achtergrond gedrongen. Het Franse woord Belgique had sinds de Brabantse Revolutie het woord Nederlanden verdrongen (feitelijk betekent het hetzelfde). De publieke opinie eiste het behoud van de Belgische eenheid, en legde er zich bij neer dat dit gebeurde binnen het bestuurlijk tweeledige Verenigd Koninkrijk (der Nederlanden).
Boerenkrijg
Op 12 oktober 1798 komen Vlaamse boeren (de brigands) in opstand tegen de Franse bezetter (Sansculotten) met als leuze Voor outer en heerd. Deze opstand wordt de Boerenkrijg genoemd. Aanleiding tot deze rebellie waren de hoge belastingen, de antiklerikale politiek met sluiting van kerken en vervolging van priesters, en vooral de invoering van de conscriptie.
De opstand eindigde op 5 december 1798 toen het boerenleger op Ter Hilst (bij Hasselt) werd verslagen. Er volgde een strenge repressie waarbij de meeste leiders werden terechtgesteld.
Invloed van de inlijving
Achteraf zou blijken dat de inlijving bij het revolutionaire Frankrijk een denationalisatie van de linkse stroming (liberalisme, later socialisme) had veroorzaakt. Niet dat die hun Belgische bewustzijn zouden verloren hebben. Maar het moderne element in het nationale bewustzijn sinds de Romantiek, dat de volkstaal een essentiële grondslag is van nationaliteit, namen zij niet aan, in tegenstelling tot de liberalen en socialisten van elders. Zonder die inlijving zou er in België geen groter communautair probleem ontstaan zijn dan in Zwitserland.
Reeds vóór de definitieve nederlaag van Napoleon I in Waterloo, besloten de geallieerden op het Congres van Wenen (1815) een gordel van bufferstaten rond Frankrijk aan te leggen. Met dit doel werd België opnieuw met de Verenigde Provinciën versmolten.